Informatie voor artsen

Adequate pijnbestrijding en tijdige drain verwijdering na VATS pleurodese voor primaire spontane pneumothorax (PSP) is belangrijk om de kwaliteit van herstel en opnameduur te verbeteren.

Postoperatief is de historische gebruikelijke zorg drainage gedurende tenminste 3 dagen om adequate pleurodese te bewerkstelligen ter preventie van een recidief. Toch hebben sommige ziekenhuizen een progressief beleid met vroegere drainverwijdering. Een recente studie suggereert ook dat drainverwijdering op de operatiedag veilig is en een kortere opname geeft [1].

Ter pijnstilling is thoracale epidurale analgesie (TEA) gebruikelijke zorg, echter neemt de interesse voor locoregionale analgesie toe vanwege bijwerkingen van TEA (hypotensie, immobilisatie, urineretentie) [2-3].

In de recent geüpdatet Nederlandse richtlijn over PSP wordt postoperatieve thoraxdrainage niet genoemd. Postoperatieve pijnbehandeling wordt beschreven en zowel TEA als locoregionale analgesie (paravertebraal blok (PVB) en intercostaal blok (ICNB)) worden als voorbeeld genoemd. Echter, aanbevelingen missen vanwege gebrek aan bewijs van hoge kwaliteit [4]. Een Nederlandse survey onder thoraxchirurgen liet de variatie in het postoperatieve beleid ten aanzien van thoraxdrainage en pijnstilling zien [5]. Dit kan leiden tot variatie in opnameduur, complicaties en patiënt tevredenheid. Het onderzoeken van de optimale behandelstrategie bij patiënten met een (recidief) PSP staat daarom ook op de kennisagenda van de Nederlandse Vereniging voor Longchirurgie (NVvL).